Op 24 mei 1912 arriveert bij de gemeente Sneek een aanfraag fan de Firma N.J. Wouda’s Handel en Meelfabriek om een bouwfergunning foor een meelfabriek en silo. Die mut komme te staan “aan het Sintelpad, zijnde het verlengde van de Koopmansgracht naar de Jachthaven aldaar”.

Links op de achtergrond de doopgesinde kerk.
Foto: Argief gemeente Sneek
Niet lang dêrna komt er nog een brief bij de gemeente binnen. Ditkeer fan bewoaners fan de Woudstraten, Prinsengracht, Selhelpstraten, Van der Heijbuurt en de Jachthaven. Sij melde dat “de verbinding van bovengenoemde straten, met het centrum van de stad te wensen overlaat. Sij, “meest behorende tot de arbeidersklasse en in de stad werkzaam” mutte allemaal fia de Balthuskade en de Lemmerbrug naar hun werk. En omdat die brug faak openstaat mutte se heel faak heel lang wachte.
Stadsuutbreiding in het Sperkhem
Heel freemd is de aanfraag fan Wouda en de brief fan de bewoaners op dat moment niet. De gemeente is namelijk bezig een “stratenplan” te maken foor uutbreiding fan de stad in het Sperkhem. En wat suu het dan niet mooi weze at der naast de nieuwe fabriek een nieuwe brug komme suu, die toegang gaf tot de nieuwe wyk.

Foto: Fries Scheepvaart Museum.
Pas tien jaar later
Die brug is er komen, dat wete we allemaal. Maar dat had nogal wat foeten in aarde. Ondanks dat Wouda en ok het Old Burger Weeshuus de brug wel subsidiere wuuden, suu hij úteindelijk pas tien jaar later, in 1922 opend wurde. Pas tien jaar later.
Het sit niet met
Het sat dan ok niet met, met die nieuwe brug.
- Fan ferskillende eigenaren moest nog grond aankocht wurde foor die nieuwe wyk.
- In 1915 gaat gemeentearchitect Johannes Philippus Hogendijk, die jaaaaren foor de gemeente werkt het met pensioen. Hij wurdt opfolgd deur Jan Leendert Flipse út Doesburg en die mut sich nog helemaal inwerke.
- De Eerste Wereldoorlog is inmiddels in folle gang. De jonge Flipse wurdt ok nog es mobiliseerd en ken maar drie dagen per week aandacht bestede an sien werk.
- Bovendien beslút de raad dat er een stratenplan komme mut foor het gebied achter de Looxmagracht.
- In 1916 bliekt er een terkort an ijzer te wezen, sudat de bouw fan de brug, die “zooals blijkt uit de vele klachten van belanghebbenden meer dan noodzakelijk is” op een sacht pitsje blieft staan.
Aanbesteding in 1920. Fan een electriese brug!
Om een lang ferhaal kort te maken: de bouw fan de brug ken pas in 1920 aanbesteden wurde. Een niet onbelangriek detail is dat “zij zal worden voortbewogen door een electromotor van 6 PK”. De brug suu de eerste brug fan Sneek weze die elektries open en dicht ging. Dêrom werd hij meestal “de elektriese brugge” noemd.

Foto: Argief gemeente Sneek.
Rijksmonument
Jan Leendert Flipse het intussen een nieuwe baan bij de Gemeentelijke Woningdienst fan Amsterdam. Het ontwerp fan oanze prachtige gietijzeren Harinxmabrug is dêrdeur maakt deur sien opfolger Sijbe Jellema, die ok de bijbehorende brugwachterswoaning tekend het. (Op de hoek fan de JWF en de Koopmansgracht. Wij noeme dat nog altied brugwachtershuus fan Baanstra ). Jellema suu ok maar kort in dienst fan de gemeente blieve – twee jaar – maar hij toch maar mooi even een Rijksmonument afleverd!

Ik hew geen hoogtefrees, maar dit suu mij te gek weze.
Het brugwachtershuuske staat er al. Het PEB huuske ok.
Foto: Argief gemeente Sneek.
Tien jaar later
En in 1922 is het dan eindelijk sufer: tien jaar nadat de eerste brieven bij de gemeente binnenkwamen wurdt de brug opleverd. Het personeel fan Wouda ken er overheen, het Sperkhem in, en de bewoaners fan de Woudstraten, Prinsengracht, Selhelpstraten, Van der Heijbuurt en de Jachthaven, kenne makkelijker naar hun werk.
Dit was op speciaal fersoek fan Peter een ferhaaltsje over de Harinxmabrug. Aanfullingen en opmerkingen binne su as altied fan hart welkom. Pas goed op jimself en anderen en maak er nog maar een mooie sondag fan allemaal